Translation of "Pasteles" in Dutch

0.005 sec.

Examples of using "Pasteles" in a sentence and their dutch translations:

Había dos pasteles.

Er waren twee taarten.

Me gustan los pasteles.

- Ik eet graag taart.
- Ik hou van gebak.

- Había dos pasteles.
- Había dos tortas.

Er waren twee taarten.

A los niños les encantan los pasteles.

- De kinderen houden echt veel van de koeken.
- Kinderen houden veel van koeken.

¡Si no tienen pan, que coman pasteles!

Als ze geen brood hebben, laat ze dan taart eten!

- ¿Quién se comió todos los pasteles?
- ¿Quién se comió todas las tortas?

Wie heeft alle taarten opgegeten?

Mi mujer es muy golosa; se pasa la vida comiendo pasteles de chocolate.

Mijn vrouw is erg gulzig; ze brengt haar leven door met het eten van chocoladetaartjes.