Examples of using "BiÓlogo" in a sentence and their dutch translations:
Hij is bioloog.
Hij is bioloog.
- Ik ben biologe.
- Ik ben bioloog.
Hij is bioloog.
Hij is nu een kleine zeebioloog. Hij weet zo veel.
waarschijnlijk de belangrijkste evolutiebioloog sinds Darwin zelf,
Ik kon het dier zien grommen, ik hoor die grom nu nog.
Maar het was tijdens de dag, terwijl hij aan het werk was... ...dat marinebioloog Richard Fitzpatrick ten prooi viel aan een boze zee-egel.
Volgens natuurbioloog dr. Wong Siew Te... ...is een neushoorn in het nauw het meest gevaarlijk.