Examples of using "Accidente" in a sentence and their dutch translations:
Het was een vreselijk ongeval.
Dat ging per ongeluk!
Ik heb een ongeluk veroorzaakt.
Waar is het ongeluk gebeurd?
Je zou een ongeluk kunnen krijgen.
Waar is het ongeluk gebeurd?
Er is een verkeersongeval gebeurd.
Het ongeluk veroorzaakte een verkeersopstopping.
Het ongeluk is niet jouw schuld.
Het ongeluk is eergisteren gebeurd.
Ik zou een ongeluk kunnen krijgen!
- Dat was geen ongeval.
- Het was geen ongeluk.
We willen geen ongelukjes.
Het was een vreselijk ongeval.
Wij waren getuigen van het ongeluk.
Hij had een ongeluk.
Door het ongeluk zijn er veel doden gevallen.
Men heeft de bestuurder de schuld van het ongeluk gegeven.
Hebt u het ongeval echt gezien?
- Ik kwam dat restaurant toevallig tegen.
- Ik vond dit restaurant toevallig.
- Ik vond dit restaurant bij toeval.
Beschrijf dat ongeval in detail.
Gelukkig heeft hij het ongeval overleefd.
Tom heeft een ernstig ongeluk gehad.
Tom was getuige van het ongeluk.
Hij gaf mij de schuld van het ongeluk.
Er is een verkeersongeval gebeurd.
Er waren geen getuigen bij het ongeval.
Een ongeval deed zich juist voor.
Waar is het ongeluk gebeurd?
Hoe is het ongeval gebeurd?
Het ongeluk is niet jouw schuld.
Een spijtig ongeluk heeft gisteren plaatsgehad.
Je zou een ongeluk kunnen krijgen.
Hij is omgekomen bij een vliegtuigongeluk.
Ze is omgekomen bij een vliegtuigongeluk.
- Ze is omgekomen bij een vliegtuigongeluk.
- Hij is omgekomen bij een vliegtuigongeluk.
Jammer genoeg is het medicijn door de crash onbruikbaar.
Tom was getuige van het ongeluk.
Het ongeval gebeurde twee uur geleden.
Bij het ongeval zijn geen passagiers omgekomen.
Hij had een verkeersongeval.
Het ongeluk is niet jouw schuld.
Hij heeft een vliegtuigongeval overleefd.
Het ongeluk was niet zijn schuld.
Zij raakte gewond bij het ongeval.
Het ongeluk is niet jouw schuld.
Door het ongeluk zijn er veel doden gevallen.
Zo is het ongeval gebeurd.
Ik ben verantwoordelijk voor het ongeval.
- Het is daar dat het ongeluk gebeurde.
- Hier is het ongeluk gebeurd.
Ik slikte per ongeluk mijn kauwgom in.
De man is bij een auto-ongeluk om het leven gekomen.
- Hij kwam om het leven bij een verkeersongeluk.
- Hij kwam om het leven bij een auto-ongeval.
Het ongeluk gebeurde op een afgelegen plek.
- Durf je hem naar dat ongeval te vragen?
- Durf je hem vragen te stellen over dat ongeval?
Het ongeval kostte hem bijna het leven.
Haar zorgeloosheid leidde tot een ongeluk.
Hij kwam te laat vanwege het ongeluk.
Ik hoop dat hij geen ongeluk heeft gehad.
Ze raakte gewond in een auto-ongeluk.
10 personen zijn bij het ongeval verwond.
Tom is gestorven bij een vliegtuigongeluk.
Zijn gezondheid is verslechterd sinds het ongeluk.
Een ongeluk kan altijd gebeuren.
Ze zijn gecrasht.
Hij kwam om het leven bij een verkeersongeluk.
Tom was niet gewond geraakt bij het ongeluk.