Translation of "произнёс" in Dutch

0.004 sec.

Examples of using "произнёс" in a sentence and their dutch translations:

Он произнёс речь.

Hij hield een rede.

Сами произнёс шахаду.

Sami zei de sjahada.

а бармен произнёс «моктор»,

de barman die 'Moktor' zei,

Он взял микрофон и произнёс:

Die pakt de microfoon en zegt:

Он не произнёс ни слова.

- Hij zei geen woord.
- Hij heeft geen woord gezegd.

- Он произнес речь.
- Он произнёс речь.

Hij hield een rede.

- Он не сказал ни слова.
- Он не произнёс ни слова.

- Hij zei geen woord.
- Hij zei niets.

Я услышал, как кто-то на улице произнёс моё имя.

Ik hoorde iemand op straat mijn naam roepen.