Examples of using "землетрясение" in a sentence and their dutch translations:
Was er een aardbeving?
Gisteren was er een aardbeving.
De aardbeving heeft alles vernietigd.
Een aardbeving verwoestte het gebouw.
Was het een aardbeving?
Ik voelde de aardbeving.
De aardbeving veroorzaakte een tsunami.
Deze morgen was er een aardbeving.
Dat was geen aardbeving.
We hadden gisteravond een aardbeving.
Dat voelde als een aardbeving.
Een aardbeving kan elk moment gebeuren.
Aardbevingen kunnen zich op elk moment voordoen.
Net toen hij wilde uitgaan, begon er een aardbeving.
Je weet maar nooit wanneer er een aardbeving zal plaatsvinden.
- Toen de aardbeving toesloeg, keek ik televisie.
- Toen de aardbeving plaatsvond, keek ik televisie.
Gisteren vond in India een zware aardbeving plaats.
Heb je gehoord over de grote aardbeving in Japan?
De aardbeving heeft ook honderdvijftig doden veroorzaakt.
Ik hoor dat er een aardbeving in Shizuoka was.
Mijn huis is ontworpen om een aardbeving te weerstaan.
Toen de grote aardbeving gebeurde, was ik pas tien jaar.
Volgens de krant was er een aardbeving in Mexico.
Volgens de krant was er gisteren een grote aardbeving in Chili.
Een aardbeving, van 8.9 op de schaal van Richter, treft Japan en veroorzaakt een enorme tsunami.