Examples of using "возьмём" in a sentence and their dutch translations:
Laten we een taxi nemen.
Laten we een taxi nemen.
Laten we een taxi nemen.
We nemen dat.
Nemen we een taxi?
Laten we er één nemen.
Laten we een taxi nemen.
- We nemen het.
- We accepteren het.
We nemen het.
We nemen het.
- Laten we koffie pakken.
- Laten we koffie halen.
En dan denken wij: hm, bananen.
- Laten we terugkeren en nog wat bijnemen.
- Laten we teruggaan en nog wat bijkopen.