Examples of using "Perdeu" in a sentence and their dutch translations:
Ons team heeft verloren.
Heb je iets verloren?
- Hij heeft gezichtsverlies geleden.
- Hij leed gezichtsverlies.
Hij verloor zijn geheugen.
Ons team heeft verloren.
Je hebt verloren, geef het op!
Alles was verloren.
Tom heeft verloren.
Ons team heeft verloren.
Heeft u gewicht verloren?
Tom heeft alles verloren.
Tom is verdwaald.
Heb je iets verloren?
Ze heeft haar nieuw horloge verloren.
Hij is verdwaald in het bos.
Ze verloor een boek.
Tom is zijn bril kwijt.
Tom is gek geworden.
Hij heeft zijn gezichtsvermogen verloren.
Tom verloor zijn evenwicht.
Tom is zijn potlood kwijt.
- Hij is zijn verstand kwijt.
- Hij verloor zijn verstand.
Hij heeft zijn gezichtsvermogen verloren.
Hij verloor zijn geheugen.
Hij is uit vorm.
Tom verloor 30 kilogram.
Hij heeft zijn baan verloren.
McClellan verspilde geen tijd.
Tom is waarschijnlijk verdwaald.
Tom verloor de race.
Maria is de sleutel kwijt.
Ze heeft haar paspoort verloren.
Tom is veel afgevallen.
Tom is zijn fotoapparaat in Boston verloren.
Hij verloor de belangstelling voor politiek.
Mijn paspoort is verlopen.
- Je hebt je geloofwaardigheid verloren.
- Je bent je geloofwaardigheid kwijt.
Je hebt het beste gedeelte gemist.
Hij miste zijn vlucht.
Je hebt er geen idee van wat je gemist hebt.
Toen verloor ze haar interesse in de vissen...
Ze verloor haar zoon in de oorlog.
- Hij is het horloge van zijn vader verloren.
- Hij heeft het horloge van zijn vader verloren.
Hij verloor zijn meest geliefde zoon.
Juist zoals Max het voorspeld had, heeft ons team verloren.
- Je hebt gemist.
- U hebt gemist.
- Jullie hebben gemist.
- Je miste.
- U miste.
- Jullie misten.
Ze is de autosleutels verloren.
Mijn vriend verloor zijn moeder.
Ons team heeft alle wedstrijden verloren.
Zijn zoon was verdwaald in de stad.
Tom heeft zijn vreemd accent verloren.
Hij verloor zijn gezichtsvermogen bij dat ongeval.
Hoe ben je je arm kwijtgeraakt?
Tom verloor zijn paraplu.
Hij raakte zijn weg kwijt in de sneeuw.
Hij is alweer zijn paraplu kwijt.
Je hebt er geen idee van wat je gemist hebt.
Tom werd bewusteloos.
Hij heeft zijn baan verloren.
Opgestaan, plaats vergaan.
Tom raakte zijn baan net voor Kerstmis kwijt.
- Ben je niet goed wijs?
- Ben je helemaal gek geworden?
- Ben je nou helemaal bedonderd?
- Ben je je verstand kwijt?
- Ze heeft haar geld, haar gezin en haar vrienden verloren.
- Ze heeft haar geld, haar familie en haar vrienden verloren.
Ze is omgekomen bij een vliegtuigongeluk.
Hij heeft de trein van half negen gemist.
Tom heeft zijn paraplu weer verloren.
Het afgezonderde vrouwtje heeft haar strijd met de leeuwen verloren.
Hij die vecht kan verliezen, maar degene die niet vecht, heeft al verloren.
Hij gaf alle hoop op.
Op 1 april verloor Alva zijn bril.
Tom verloor het boek dat hij van de bibliotheek had geleend.
Ze is veel afgevallen sinds ze een dieet volgt.
Maar zijn glimlach verloor hij niet, zelfs niet in die verontrustende situatie.
Het boek gaat over de koning die zijn kroon verloor.
Dit boek gaat over een koning die zijn kroon verliest.
Je zult wel verdrietig zijn, dat je een van je vrienden hebt verloren.
Je hebt het spel verloren.
U zult wel verdrietig zijn, omdat u een vriend bent verloren.
Tom miste de laatste trein en bracht de nacht door in een internetcafé.
- Ben je vermagerd?
- Heeft u gewicht verloren?
- Heb je gewicht verloren?
- Ben je afgeslankt?
- Ben je afgevallen?