Translation of "Participar" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Participar" in a sentence and their dutch translations:

Posso participar?

Mag ik meedoen?

Qualquer um pode participar.

Iedereen mag deelnemen.

Você vai participar da festa?

- Ga je naar het feest?
- Ga je het feest bijwonen?

O mais importante não é ganhar, senão participar.

Niet winnen is belangrijk, maar deelnemen.

A coisa mais importante nos Jogos Olímpicos não é vencer, mas participar.

Het belangrijkste bij de Olympische Spelen is niet winnen maar meedoen.

- Você está indo assistir a reunião?
- Você está indo participar da reunião?
- Você participará da reunião?
- Você assistirá a reunião?

Komt u naar de bijeenkomst?

A coisa mais importante nos Jogos Olímpicos não é vencer, mas participar, assim como a coisa mais importante na vida não é o triunfo, mas a luta. O essencial não é ter vencido, mas ter lutado bem.

Het belangrijkst bij de Olympische Spelen is niet de overwinning, maar de deelname, zoals ook in het leven niet de overwinning, maar het streven naar een doel het belangrijkst is. Het belangrijkst is niet, om veroverd te hebben, maar om goed gevochten te hebben.