Examples of using "Indo" in a sentence and their dutch translations:
Ik ga maar eens.
Ze gaan.
Ik stap op.
"Waar gaat u heen?" "Ik ga daarheen."
Ik ga naar bed.
Hoe gaat ie?
We gaan ervandoor.
Ik ga slapen!
We gaan naar de markt.
- Ik ga naar de bank.
- Ik ben op weg naar de bank.
Nou, ik ga naar de bioscoop.
- Vandaag gaat het mij goed.
- Vandaag voel ik me goed.
Ik ga ook.
- Waar gaan jullie naartoe?
- Waar gaan jullie heen?
- Ga je naar de bioscoop?
- Ga je naar de film?
Ik ga naar de winkel.
Waar ga je heen, Tom?
- Waar gaan ze heen?
- Waar gaan ze naartoe?
Ik ga ook in die richting.
Ik ga naar Australië.
- Tom is goed bezig.
- Tom doet het goed.
- Waar ga je heen?
- Waar gaat ge naartoe?
- Waar gaan jullie naartoe?
- Waar gaat u naartoe?
Je gaat in de verkeerde richting.
- Ik kwam Tom tegen toen ik naar school ging.
- Ik kwam Tom tegen op weg naar school.
Papa, waar ga je heen?
Iets blijkt niet goed te werken.
Ik ga naar de bank.
De auto loopt snel.
Waarom ga je?
- Waar ga je heen?
- Waar gaat ge naartoe?
- Waar ga je naartoe?
Weet je waar je heen gaat?
Ben je op weg naar huis?
Hij gaat naar de bioscoop.
Ik weet niet waar je naartoe gaat.
- Waar ga je heen?
- Waar gaat ge naartoe?
- Waar ga je heen?
- Waar gaan jullie naartoe?
- Waar ga je naartoe?
- Waar gaat u naartoe?
- Waar gaat u heen?
- Waar gaan jullie heen?
- Waar ga je heen?
- Waar gaat ge naartoe?
- Waar gaan jullie naartoe?
- Waar ga je naartoe?
- Waar gaat u heen?
Tom gaat met ons naar Boston.
- Ik ga.
- Ik zal gaan.
Uh... Hoe werkt dat?
Ik ga ook in die richting.
Ge zijt op de verkeerde weg.
Je gaat in de verkeerde richting.
Ik vertrek volgende week.
Ik ga met u naar Hannover.
Jullie gaan in de verkeerde richting.
Jullie zijn zo goed bezig! Gefeliciteerd!
Met Tom en mij gaat het goed.
- Waar ging je heen?
- Waar ging je naartoe?
Ik vertrek morgen naar Canada.
Ik ga naar het park.
Het Latijn is een Indo-Europese taal.
Waar gaan ze heen?
- Waar ga je heen?
- Waar gaat ge naartoe?
- Waar gaan jullie naartoe?
- Waar ga je naartoe?
- Waar gaat u naartoe?
- Waar gaat u heen?
- Waar gaan jullie heen?
Waar ga je heen?
Hé, waar ga je heen?
Volgende maand vertrek ik naar Australië.
Ik ga naar huis.
Japans is geen Indo-Europese taal.
Komt u naar de bijeenkomst?
Ik ga met Ricardo.
Ik ga met Tom.
Ik ga naar Engeland.
Hoe gaat het ermee?
- Tot dusver gaat alles goed.
- Tot nu toe gaat alles goed.
Was je op weg naar het treinstation toen ik je zag?
Ik ga naar de bioscoop.
- Waar ga je heen?
- Waar ga je naartoe?
- Ik kwam Tom tegen toen ik naar school ging.
- Ik kwam Tom tegen op weg naar school.
Mij gaat het goed.
Hoe gaat het met Tom?
Ik ga naar Engeland.
Ik ga een horrorfilm kijken.
"De telefoon gaat over." "Ik zal hem wel opnemen."
Tom heeft met verteld dat hij naar huis ging.
Ik denk dat we naar de maan gaan omdat het in de menselijke aard ligt uitdagingen aan te gaan.
Als je naar een supermarkt gaat, is het beter om een kortingsbon mee te nemen, denk ik.
Het Hongaars wordt, hoewel gesproken in Europa, niet beschouwd als een Indo-Europese taal, net als het Fins en het Baskisch.
Tom was 's nachts alleen op weg terug naar huis toen hij werd beroofd.