Examples of using "Graça" in a sentence and their dutch translations:
- Dat is grappig!
- Grappig!
Is het gratis?
Dat is gratis.
Dit is gratis.
Genade is nog niet gekomen.
- Het is gratis.
- 't Is gratis.
Deze krant is gratis.
Is het gratis?
- Is het gratis?
- Is dat kosteloos?
- Is dat gratis?
- Is dit gratis?
Vrijheid is niet gratis.
Je kunt het gratis krijgen.
Ze was niet vermaakt door de grap.
Ik heb het praktisch gratis gekregen.
Alles is gratis.
Is het gratis?
Water is hier niet gratis te krijgen.
Tom heeft een gratis reis naar Boston gewonnen.
Water is hier niet gratis te krijgen.
Dat is niet leuk.
Deze is gratis.
Geef niet alles weg wat u bezit.
Ik vertaal gratis in het Esperanto.
Thuis blijven is saai.
Vrijheid is niet gratis.
De krant is gratis.
Russen glimlachen nooit.