Examples of using "Futuro" in a sentence and their dutch translations:
Ik kom uit de toekomst.
Niemand kent de toekomst.
Ik heb geen toekomst.
Ik kom uit de toekomst.
Er zit geen toekomst in dit werk.
Niemand kent de toekomst.
De toekomst is onzeker.
Kijk naar de toekomst.
Ik zie een briljante toekomst voor jou.
- Je hebt een zonnige toekomst.
- Je hebt een hoopvolle toekomst.
- Je hebt een rooskleurige toekomst.
- Je hebt een zonnige toekomst in het verschiet.
- Je hebt een zonnige toekomst voor je liggen.
Ik woon in het land van de toekomst.
- Denk aan je toekomst.
- Denk aan jullie toekomst.
- Denk aan uw toekomst.
Wil je de toekomst weten?
Zonder de wetenschap is er geen toekomst.
Maak je klaar voor de toekomst.
Er is geen toekomst voor haar.
Als we steden van de toekomst ontwerpen...
Is dit een toekomstbeeld?
In het vervolg zal ik proberen op tijd te komen.
Tom maakt zich zorgen over zijn toekomst.
Ons land heeft geen toekomst.
De kinderen zijn onze toekomst.
Later zal ik voor mijn ouders zorgen.
Ik denk dat je over de toekomst moet nadenken.
Latijn is de taal van de toekomst!
Wij bespraken onze toekomstplannen.
- Wees alsjeblieft meer voorzichtig in de toekomst.
- Wees alsjeblieft voorzichtiger in de toekomst.
- Je toekomst zit vol met mogelijkheden.
- Uw toekomst zit vol met mogelijkheden.
- Jullie toekomst zit vol met mogelijkheden.
Die problemen zullen in de nabije toekomst opgelost worden.
- Latijn is de taal van de toekomst.
- Latijn is de taal van de toekomst!
Wat zou je in de toekomst willen doen?
Literatuur is de toekomst van een natie.
De toekomst is een groot vraagteken.
Deze problemen zullen in de nabije toekomst worden opgelost.
...kunnen we niet voorspellen wat hun toekomst brengt.
Maar de toekomst van haar jongen... ...is minder zeker.
De toekomst is dichterbij dan je denkt.
Teken op dit vel wat jullie verwachten van de toekomst.
Gebruik de tijd nu, voorzie de toekomst, en herinner u het verleden.
Vandaag zullen we het hebben over de grootmacht van de toekomst: China.
De toekomst behoort aan hen die geloven in de schoonheid van hun dromen.
Tom zei tegen Maria dat hij de toekomst kon voorspellen.
Het verleden is voorbij en de toekomst is er nog niet.
Als we geen overeenstemming bereiken, weet ik niet wat de toekomst van het bedrijf zal zijn.
Ik ben bezorgder om jou dan om de toekomst van Japan.
Ik reis zoveel om iets over te brengen... ...wat belangrijk zal zijn in de toekomst.
ze zitten vast onder een immer groeiende bezetting zonder toekomst als volk.
Zou ze iets uit haar verleden hebben meegenomen waarop ze een toekomst zou kunnen bouwen?
Wij hebben het recht een veilige toekomst te eisen voor ons en voor de volgende generaties.
Het verleden kan men kennen, maar niet veranderen. De toekomst kan men veranderen, maar niet kennen.