Examples of using "Sou" in a sentence and their dutch translations:
Ik ben.
Ik ben vegetariër.
- Ik ben veganist.
- Ik ben een veganist.
Ik ben blind.
Ik ben vegetariër.
Ik ben kleurenblind.
Ik ben Amerikaan.
Ik ben rijk.
Ik ben Braziliaan.
Ik ben het.
Ik ben Fransman.
Ik ben wie ik ben.
Ik ben moslim.
- Ik ben getrouwd.
- Ik ben gehuwd.
- Ik ben arts.
- Ik ben geneesheer.
- Ik ben dokter.
- Ik ben een dokter.
Ik ben een bakker.
- Ik ben Turkse.
- Ik ben Turk.
Ik ben lang.
Ik ben klein.
Ik ben leraar.
Ik ben mooi.
Ik ben een vrouw.
- Ik ben Hongaar.
- Ik ben Hongaarse.
- Ik kom uit Hongarije.
Ik ben een jongen.
- Ik ben een vrouw.
- Ik ben een persoon.
Ik ben het.
Ik ben Japanner.
- Ik ben Chinees.
- Ik ben Chinese.
Ik ben lesbisch.
- Ik ben arts.
- Ik ben dokter.
- Ik ben een dokter.
Ik ben toerist.
Ik ben Fins.
Ik ben Italiaans.
Ik ben lang.
Ik ben jong.
- Ik ben Hongaar.
- Ik ben Hongaarse.
Ik ben ertegen.
Ik ben professor.
Ik ben Tom.
Ik ben Ricardo.
Ik ben Fransman.
- Ik ben een kok.
- Ik ben een chef.
Ik ben Lin.
Ik ben ingenieur.
Ik ben universiteitsstudent.
- Ik ben vrijgezel.
- Ik ben single.
Ik ben dik.
Ik ben veganist.
Ik ben een Argentijn.
Ik ben jaloers.
Ik ben Thai.
Ik ben Julius.
Ik ben Duits.
Ik ben vegetariër.
Ik ben Canadees.
Ik ben sterk.
Ik ben voorzichtig.
Ik ben Braziliaan.
Ik ben doof.
- Ik ben homo.
- Ik ben gay.
Ik ben Charlie.
Ik ben een bakker.
- Ik ben diabetisch.
- Ik heb suikerziekte.
Ik ben Macedonisch.
Ik ben autistisch.
- Ik ben diabetisch.
- Ik heb suikerziekte.
Ik ben vegetariër.