Translation of "Dente" in Dutch

0.232 sec.

Examples of using "Dente" in a sentence and their dutch translations:

Occhio per occhio, dente per dente.

- Oog om oog en tand om tand.
- Oog om oog, tand om tand.

- Quel dente fa male.
- Quel dente mi fa male.

- Die tand doet pijn.
- Deze tand doet pijn.

Questo dente fa male.

Deze tand doet pijn.

Quale dente fa male?

Welke tand doet pijn?

Ahia! Il mio dente!

Oei! Mijn tand!

- Il tuo dente deve essere estratto.
- Il suo dente deve essere estratto.

Uw tand moet getrokken worden.

Mi fa male un dente.

Mijn tand doet pijn.

Mi fa male il dente.

- Ik heb tandpijn.
- Mijn tand doet pijn.

- La lingua batte dove il dente duole.
- La lingua batte dove duole il dente.

Waar een tand pijn doet, daar gaat de tong naartoe.

Il dente faceva male in maniera incredibile.

- Mijn kies deed ongelooflijk zeer.
- Mijn tand deed ongelofelijk pijn.

Quando mordo, questo dente mi fa male.

Wanneer ik bijt, doet deze tand pijn.