Translation of "Karácsonyra" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Karácsonyra" in a sentence and their dutch translations:

Hazamész karácsonyra?

- Ga je naar huis voor Kerstmis?
- Gaat u naar huis voor Kerstmis?
- Gaan jullie naar huis voor Kerstmis?

Hazajössz karácsonyra?

- Kom je naar huis voor Kerstmis?
- Komt u naar huis voor Kerstmis?
- Komen jullie naar huis voor Kerstmis?

- Vettél neki valamit karácsonyra?
- Vettél neki valamit Karácsonyra?

- Heb je iets voor haar gekocht voor Kerstmis?
- Hebt u iets voor haar gekocht voor Kerstmis?
- Hebben jullie iets voor haar gekocht voor Kerstmis?

Mit akarsz karácsonyra?

- Wat wil je voor Kerstmis?
- Wat wilt u voor Kerstmis?
- Wat willen jullie voor Kerstmis?

Mit kaptatok Karácsonyra?

Wat hebben jullie voor kerst gekregen?

Mit tervezel karácsonyra?

Wat doe jij met kerst?

Mit vettél neki Karácsonyra?

- Wat heb je voor haar gekocht voor Kerstmis?
- Wat hebt u voor haar gekocht voor Kerstmis?
- Wat hebben jullie voor haar gekocht voor Kerstmis?

Kétséges, hogy karácsonyra befejezzük.

Ik betwijfel of we op tijd klaar zullen zijn voor Kerstmis.

Mondd meg, mit szeretnél karácsonyra.

- Zeg me wat je wilt voor Kerstmis.
- Zeg me wat u wilt voor Kerstmis.
- Zeg me wat jullie willen voor Kerstmis.

Mit vettél a barátnődnek karácsonyra?

- Wat heb je voor Kerstmis voor je vriendin gekocht?
- Wat hebt u voor Kerstmis voor uw vriendin gekocht?

Milyen ajándékot kaptál Tomtól karácsonyra?

Wat heeft Tom je met Kerst gegeven?

Megkérdeztem Tomit, mit szeretne karácsonyra.

Ik vroeg Tom wat hij wilde voor Kerstmis.

Egy könyvet adott nekem karácsonyra.

Ze gaf me een boek voor Kerstmis.

Mit kellene karácsonyra Tominak adnom?

Wat zou ik Tom moeten geven voor Kerstmis?

Milyen ajándékot szeretnél kapni karácsonyra?

- Welk cadeau wilt u voor Kerstmis krijgen?
- Welk cadeau wil je voor Kerstmis krijgen?
- Welk cadeau willen jullie voor Kerstmis krijgen?

- Mit akarsz, hogy a Mikulás hozzon neked karácsonyra?
- Mit akarsz a Jézuskától karácsonyra kapni?

- Wat wil je dat de kerstman je brengt voor Kerstmis?
- Wat wilt u dat de kerstman u brengt voor Kerstmis?
- Wat willen jullie dat de kerstman jullie brengt voor Kerstmis?

Tom egy harmonikát adott nekem karácsonyra.

- Tom gaf me een mondharmonica voor Kerstmis.
- Tom gaf me een mondharmonica voor kerst.

Tomi egy könyvet ajándékozott nekem karácsonyra.

Tom gaf me een boek voor Kerstmis.

Tomi játék szerszámosládát és kalapácsot kapott karácsonyra.

Tom heeft een speelgoedhamer en gereedschapskist gekregen voor Kerstmis.

Valami nagyon szépet ajándékozott nekem Tomi karácsonyra.

- Tom gaf me een heel mooi kerstcadeau.
- Tom heeft me een heel mooi kerstcadeau gegeven.

Tomi karácsonyra egy kiskutyát ajándékozott a gyerekeinek.

Tom gaf zijn kinderen een puppy voor Kerstmis.

Nem tudta, hogy a gyerekeinek mit adjon karácsonyra.

Ze weet niet wat ze de kinderen op kerstavond moet geven.

Semmi mást nem szeretnék karácsonyra, csak egy új tetoválást.

Alles wat ik wil voor Kerstmis is een nieuwe tatoeage.

Tom azt mondja, lehet, hogy a kecskeszakállát karácsonyra piros-zöldre festi.

Tom zegt dat hij zijn sikje misschien rood en groen zal verven voor Kerstmis.