Examples of using "Falu" in a sentence and their dutch translations:
Alle dorpen waren mooi.
De wereld is een klein dorp.
Dit is het dorp waar hij geboren is.
- Welk verschil is er tussen een dorp en een stad?
- Wat is het verschil tussen een dorp en een stad?
Dat is het dorp waar ik ben geboren.
Vorig jaar kwam ik terug thuis en was ik verrast, dat het dorp en de mensen helemaal veranderd waren.