Examples of using "Órák" in a sentence and their dutch translations:
Ik wacht al uren lang.
We wachtten urenlang.
Ik wacht al uren lang.
De lessen beginnen morgen.
Ze heeft uren op hem gewacht.
Zijn verhalen hielden ons urenlang bezig.
Ik heb uren gewacht, maar ze kwam niet.
Ze zit daar urenlang niets te doen.
De lessen beginnen volgende week.
Het is niet mogelijk om de rondreis binnen de donkere uren te maken... ...dus moeten ze het licht trotseren.