Translation of "Sinken" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Sinken" in a sentence and their dutch translations:

Wir sinken.

- We zijn aan het zinken.
- We zinken.

Sinken wir?

- Zakken we weg?
- Zijn we aan het zinken?
- Zinken we?

Das Schiff wird sinken!

Het schip zinkt!

Der Preis für Fleisch wird bald sinken.

De vleesprijs zal spoedig dalen.

- Das Schiff sinkt.
- Das Schiff wird sinken!

- Het schip zinkt!
- Het schip zal zinken!

Hier kann die Temperatur unter -30 Grad sinken

De temperatuur kan hier teruglopen tot minus 30 graden.

Und mit Nachteinbruch sinken die Temperaturen auf -16 °C.

En als de nacht valt, daalt de temperatuur tot -16 graden.