Translation of "Optimistisch" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Optimistisch" in a sentence and their dutch translations:

Tom ist optimistisch.

Tom is optimistisch.

Ich bin optimistisch.

Ik ben optimistisch.

Wir sind überaus optimistisch.

We zijn heel optimistisch.

Tom ist ehrgeizig und optimistisch.

- Tom is ambitieus en optimistisch.
- Tom is vol ambitie en optimistisch.

Tom klang nicht zu optimistisch.

Tom klonk niet zo optimistisch.

- Ich bin optimistisch.
- Ich bin Optimist.

Ik ben optimistisch.

Krebspatienten wird automatisch geraten optimistisch zu bleiben.

Tegen mensen met kanker wordt gezegd dat ze positief moeten blijven.

Tom sagte, er sei nicht sehr optimistisch.

Tom zei dat hij niet erg optimistisch was.

An deiner Stelle wäre ich nicht so optimistisch.

In jouw plaats zou ik niet zo optimistisch zijn.

Ich bin nicht naiv. Ich bin nur optimistisch.

Ik ben niet naïef. Ik ben alleen optimistisch.

- Ich bin optimistisch.
- Ich bin ein Optimist.
- Ich bin Optimist.

Ik ben optimistisch.