Examples of using "Null" in a sentence and their dutch translations:
Mijn benzinemeter staat op nul.
- Wat een loser!
- Wat een verliezer!
Het standaardbedrag is nul.
Mijn benzinemeter staat op nul.
Water bevriest bij nul graden Celsius, toch?
Hij verslaat me met drie tegen nul.
Het is zes graden onder nul.
Het is dertig graden onder nul.
Het is momenteel 10 graden onder nul.
De temperatuur was afgelopen week boven nul.
Water bevriest bij nul graden Celsius, nietwaar?
Niets, nul; zoveel tijd hebben we niet.
Water bevriest bij nul graden Celsius, toch?
Een rond jubileum is een datum waarop een nul om een nul door vele nullen wordt vereerd.
Water bevriest bij nul graden Celsius, toch?
Ik geef les aan kinderen tot vijf jaar.
De temperatuur was de afgelopen nacht onder nul.
Deze morgen is de temperatuur onder nul gezakt.
- Er zijn mensen die de nul als een positief getal aanzien.
- Er zijn mensen voor wie de nul een positief getal is.
Nul, een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven, acht, negen, tien.
Hij weet van toeten noch blazen.
O-positief is de meestvoorkomende bloedgroep.
Het is zes graden onder nul.
In de wiskunde van de liefde is één plus één alles, terwijl twee minus één gelijk is aan nul.
- Op een schaal van 0 tot 10, waarbij 10 het ergst is, kunt u uw pijn inschatten?
- Op een schaal van 0 tot 10, waarbij 10 het ergst is, kan je je pijn inschatten?