Examples of using "Facebook" in a sentence and their dutch translations:
- Heb jij Facebook?
- Heeft u Facebook?
- Hebben jullie Facebook?
Zit je op Facebook?
Facebook: f*ck-it, Facebook ligt eruit.
Zit je op Facebook?
Facebook is saai.
Ze haat Facebook.
Sami houdt van Facebook.
Heb jij Facebook?
- Heeft u Facebook?
- Hebben jullie Facebook?
Tom zit niet op Facebook.
Maar Facebook weet het.
Ik gebruik Facebook niet.
Tom gebruikt Facebook niet.
Zit je op Facebook?
Heb je een Facebook-account?
Facebook neemt veel van m'n tijd in beslag.
Facebook is geblokkeerd in China.
Dit is mijn pagina op Facebook.
- Hoeveel vrienden heb je op Facebook?
- Hoeveel vrienden heeft u op Facebook?
- Hoeveel vrienden hebben jullie op Facebook?
- Hoeveel tijd besteden jullie op Facebook?
- Hoeveel tijd besteed je op Facebook?
Hoeveel tijd besteden jullie op Facebook?
Je kunt ons ook volgen op Facebook,
Mag ik je toevoegen op Facebook?
Heb je een Facebook-account?
Een van mijn zes Facebook accounts is geblokkeerd.
Facebook neemt veel van m'n tijd in beslag.
Ik praat met haar op Facebook.
Ken jij iemand die niet op Facebook zit?
Bedankt voor het bevestigen van mijn vriendschapsverzoek op Facebook.
Meer dan zestig procent van de mensen in Groot-Brittannië zijn actief op Facebook.
- Plaats geen dronken foto's op Facebook of Twitter.
- Zet geen dronken foto's op Facebook of Twitter.
Facebook, je maakte een historische misstap hierin.
Genoeg, daar moet ik vanaf, geen Facebook meer; doe ik niet meer.
Je kunt ons ook volgen op Facebook, Instagram of Twitter voor extra epische geschiedenisinhoud
Als je je privéleven beu bent, raad ik je aan om je bij Facebook in te schrijven. Het is de beste manier om ervanaf te geraken.