Examples of using "Besucher" in a sentence and their dutch translations:
Bezoekers zijn welkom.
Gasten en vis blijven maar drie dagen fris.
Een zeester. Een van de gulzigste bezoekers van vanavond.
- Ge zoudt een kamer moeten klaarmaken voor de bezoeker.
- Je zou een kamer moeten klaarmaken voor de bezoeker.
Bezoekers doneren vaak contant geld voor ons project.
Tijdens de restauratie hebben de bezoekers beperkt toegang tot het museum.
We hebben 11 talenversies, we hebben miljoenen kijkers,
...dat je hier hoort, geen bezoeker bent.
Dit deel van het museum is tijdelijk niet toegankelijk voor bezoekers.
Bij de ingang van een Japans huis worden bezoekers meestal verzocht hun schoenen uit te trekken.
Ik weet niet precies hoeveel bezoekers er waren. Ik geloof driehonderdnogwat.