Examples of using "Beschützen" in a sentence and their dutch translations:
- Ik zal u beschermen!
- Ik zal je beschermen!
- Ik zal jullie beschermen.
- Kunnen jullie ons beschermen?
- Kan je ons beschermen?
- Kunt u ons beschermen?
- Bescherm me!
- Bescherm mij!
- Bescherm me.
- Wij beschermen je.
- Wij beschermen u.
- Wij beschermen jullie.
Hij zal je beschermen.
Zij zal je beschermen.
- Ik kan je beschermen.
- Ik kan u beschermen.
- Ik kan jullie beschermen.
Ik moest haar beschermen.
Ik kan hen beschermen.
Wij kunnen Tom beschermen.
We moeten elkaar beschermen.
Ik zal je beschermen!
Tom had Maria moeten beschermen.
Je moet je gezin beschermen.
Iedereen moet zijn eigen familie beschermen.
Tom is hier om mij te beschermen.
Ik beloof dat ik je zal beschermen.
Ze zullen op het platteland wonen, klaar om je te beschermen ...
Zij moeten de verantwoording nemen om onze gletsjers te beschermen.
Ik geloof dat het mijn plicht is om deze kinderen te beschermen.
- Je moet je gezin beschermen.
- Iedereen moet zijn eigen familie beschermen.
Wanneer ze aanvallen... ...is dat vaak een moeder die haar kalf beschermt.
Maar weldra zal ze hem niet langer kunnen beschermen.
Tom is hier om mij te beschermen.
Ik ben hier om je te beschermen.
Anders dan vogels, die hun jongen voeden en beschermen, verlaten vissen hun kroost.
Je hoeft er niet bang voor te zijn, maar we moeten ze respecteren. We moeten ze beschermen en niet proberen ze te doden.