Examples of using "Aufgegessen" in a sentence and their dutch translations:
Heb je echt alles opgegeten?
Hij heeft alles opgegeten.
- Wie heeft alle sinaasappels opgegeten?
- Wie heeft alle appelsienen opgegeten?
Tom at alle gummiberen.
De helft van de meloenen is opgegeten.
Mama, Tom heeft mijn koekje opgegeten!
Tom at al het ijs.
Als je binnen drie minuten je bord niet leeg hebt, krijg je geen toetje.