Examples of using "Portefeuille" in a sentence and their dutch translations:
Steek je portefeuille weg.
Mijn portemonnee is verdwenen.
Ik heb mijn portemonnee verloren.
Let op uw portefeuille.
Tom zoekt zijn portemonnee.
- Gisteren verloor ik mijn portemonnee.
- Gisteren heb ik mijn portemonnee verloren.
- Tom is zijn portemonnee kwijt.
- Tom heeft zijn portemonnee verloren.
Deze man heeft mijn portemonnee gestolen.
Ik heb geen geld meer in m'n portemonnee.
Mijn paspoort en portemonnee zijn weg.
Iemand heeft mijn portemonnee in de trein gestolen.
Door hun geintje kan ik niet in mijn bed kruipen, de schoften!
Rijkdom zit in je hart, niet in je portemonnee.
Toen ik thuiskwam, merkte ik dat ik mijn portemonnee kwijt was.
Ik heb al overal gezocht, maar ik kan mijn beurs niet vinden.
Ik heb al overal gezocht, maar ik kan mijn beurs niet vinden.