Examples of using "L’école" in a sentence and their dutch translations:
Ze gaat te voet naar school.
- Ik wil niet naar school.
- Ik wil niet naar school gaan.
Ik ben op tijd op school gekomen.
Wat doen jullie vanmiddag op school?
Ik ben op tijd op school gekomen.
We leren niet voor het leven, maar voor school.
Ik ben op tijd op school gekomen.