Translation of "Purse" in Dutch

0.007 sec.

Examples of using "Purse" in a sentence and their dutch translations:

Don't lose your purse.

Verlies je handtas niet.

Sami stole Layla's purse.

- Sami stal Layla’s handtas.
- Sami stal Layla’s portemonnee.

I left my purse behind.

- Ik heb mijn tasje achtergelaten.
- Ik heb mijn portemonnee achtergelaten.

I can't find my purse.

Ik kan mijn handtas niet vinden.

Do you like this purse?

- Vindt u deze handtas leuk?
- Vind je deze handtas leuk?

What did you do with my purse?

Wat heb je met mijn handtas gedaan?

Mary put her purse on the kitchen table.

Maria zette haar handtas op de keukentafel.

Tom bought Mary a purse for her birthday.

Tom heeft een handtas gekocht voor Maria's verjaardag.

- I want my purse.
- I want my bag.

Ik wil mijn tas.

I lost my purse on my way to school.

Ik heb mijn portemonnee verloren op weg naar school.

- I can't find my bag.
- I can't find my purse.

Ik kan mijn handtas niet vinden.