Examples of using "Lucky" in a sentence and their dutch translations:
- Bofkont!
- Gelukzak!
Gelukzak!
Je hebt geluk.
- Ze heeft geluk.
- Zij heeft geluk.
Ik heb geluk.
Tom heeft geluk.
Ik had geluk.
Deze vlieg boft.
- Wat een geluk!
- Bofkont!
- Gelukzak!
- Bofkont!
- Gelukzak!
Je hebt geluk.
Zij heeft geluk.
Ze hebben geluk.
Wat een geluk heeft hij!
Ik had geluk.
Tom voelde zich gelukkig.
Vandaag heb ik geluk.
Ze hebben geluk gehad.
We hebben gewoon geluk.
Zij heeft geluk.
Tom had geluk.
Bofkont!
Ik ben echt in- en ingelukkig.
Vandaag is mijn geluksdag.
Vandaag is mijn geluksdag.
Maar hij heeft geluk gehad.
- Je bent gemoedelijk.
- Je bent onbekommerd.
Wat een mazzel hebben we!
- Hij is een geluksvogel.
- Hij boft maar.
Misschien hebben we geluk.
Jullie hebben varkensvlees gehad.
Tom heeft geluk vandaag.
Ik denk dat Tom geluk heeft.
Ze zeiden dat ze geluk hadden.
- Zeven is een gelukbrengend getal.
- De zeven is een geluksgetal.
Tom is een bofkont.
Tom heeft geluk.
- We boffen dat we nog leven.
- We hebben geluk dat we nog leven.
Gelukkig! Er is niets gebroken.
Ze zeiden dat ze geluk hadden.
Ik heb geluk dat niemand me dat zag doen.
Sommige mensen hadden geluk.
Hij heeft meer geluk dan wijsheid.
Ongelukkig in het spel, gelukkig in de liefde.
Hij boft dat hij jou heeft.
Sommigen geloven dat zeven een geluksgetal is.
Ik heb geluk dat niemand me dat zag doen.
...en we hebben deze keer geluk gehad.
geen ‘ooit gaat het wel eens lukken’-oplossingen,
Die bofkont heeft net de loterij gewonnen.
Ik heb geluk vandaag.
Je beseft niet hoeveel geluk je hebt.
- Het blijkt dat ik vandaag geen geluk heb.
- Vandaag heb ik blijkbaar geen geluk.
Tom had geluk dat hij de aanslag overleefd had.
- U heeft geluk. Het vliegtuig is op tijd.
- Ze hebben geluk. Het vliegtuig is op tijd.
Hij boft dat hij jou heeft.
Sommigen geloven dat zeven een geluksgetal is.
We boffen dat het weer zo mooi is.
Niet iedereen had zoveel geluk als wij.
Je bofte dat je de trein kon pakken.
Tom boft dat Mary hem niet heeft geslagen.
Tom mag van geluk spreken dat hij nog kan lopen.
Hij had geluk en was op tijd voor de trein.
Je hebt geluk dat je in deze mooie stad op de wereld bent gekomen.
Je bofte dat je het gevonden hebt.
Je bofte dat je op dat moment wegging.
Maria kan zich gelukkig prijzen dat ze haar dat nog steeds toestaan.