Translation of "Accent" in Dutch

0.010 sec.

Examples of using "Accent" in a sentence and their dutch translations:

- He has a cute accent.
- He's got a cute accent.

Hij heeft een grappig accent.

It's a British accent.

Het is een Brits accent.

I don't have an accent!

Ik heb geen accent!

He has a good accent.

Hij heeft een goede uitspraak.

Tom lost his foreign accent.

Tom heeft zijn vreemd accent verloren.

He speaks without an accent.

Hij spreekt zonder accent.

Does he speak with an accent?

Spreekt hij met een accent?

He made fun of my accent.

Hij vermaakte zich over mijn accent.

Tom has a very heavy accent.

Tom heeft een zeer zwaar accent.

We will study the Carioca accent.

We zullen het Carioca-accent bestuderen.

Tom has a thick Scottish accent.

Tom heeft een dik Schots accent.

He speaks English with a German accent.

Hij spreekt Engels met een Duits accent.

His accent suggests he is a foreigner.

Zijn uitspraak geeft aan dat hij een buitenlander is.

I missed the British accent so much.

Ik heb het Britse accent heel erg gemist.

The circumflex accent doesn't exist in Spanish.

Het accent circonflexe bestaat niet in het Spaans.

He speaks Esperanto with a slight French accent.

Hij spreekt Esperanto met een licht Frans accent.

One can tell by his accent that he's German.

Aan zijn accent kan men merken dat hij Duitser is.

The accent of the word is on the second syllable.

Het woordaccent ligt op de tweede lettergreep.

In this word, the accent falls on the last syllable.

In dit woord valt de klemtoon op de laatste lettergreep.

You can tell a lot about someone from their accent.

Je kunt veel afleiden uit iemands accent.

Though Tom spoke with an accent he had an impressive vocabulary.

Hoewel Tom met een accent sprak, had hij een indrukwekkende woordenschat.

The Carioca accent is famous and understood in all of Brazil.

- Het Carioca-accent is beroemd en wordt in heel Braziliƫ begrepen.
- Het accent van Rio de Janeiro is beroemd en wordt in heel Braziliƫ begrepen.

There's no way Tom is Canadian. I'm Canadian and I can't understand his accent.

Het is onmogelijk dat Tom een Canadees is. Ik ben Canadees en ik kan zijn accent niet verstaan.