Translation of "Vergeven" in Spanish

- We vergeven hem.
- We vergeven haar.
- We vergeven het hem.
- We vergeven het haar.

Le perdonamos.

- Kunnen jullie me vergeven?
- Kunt u me vergeven?
- Kan je mij vergeven?

- ¿Puede perdonarme?
- ¿Podéis perdonarme?
- ¿Pueden perdonarme?
- ¿Puedes perdonarme?

- Kunnen jullie me vergeven?
- Kunnen ze me vergeven?

¿Pueden perdonarme?

- Kunnen jullie me vergeven?
- Kunt u me vergeven?

- ¿Puede perdonarme?
- ¿Podéis perdonarme?
- ¿Pueden perdonarme?

- Tom zal ons vergeven.
- Tom zal het ons vergeven.

Tom nos va a perdonar.

Kunnen jullie me vergeven?

- ¿Podéis perdonarme?
- ¿Pueden perdonarme?

Ze heeft hem vergeven.

- Ella lo perdonó.
- Lo perdonó.

Tom zal Maria vergeven.

Tom va a perdonar a Mary.

Tom heeft Maria vergeven.

Tom perdonó a Mary.

Kun je me vergeven?

¿Podrías perdonarme?

Kan je mij vergeven?

¿Puedes perdonarme?

Kunnen ze me vergeven?

¿Pueden perdonarme?

Ik kan haar niet vergeven.

- No puedo perdonarle.
- No puedo perdonarla.

Hij zal me nooit vergeven.

- Él jamás me perdonará.
- Él nunca me perdonará.

Tom heeft me nooit vergeven.

Tom nunca me perdonó.

Ik zal het mij nooit vergeven.

Jamás me perdonaré a mí mismo.

Ik kan mezelf mijn fouten niet vergeven.

No puedo perdonarme a mí mismo mis errores.

- Ze vergaf hem.
- Ze heeft hem vergeven.

Ella lo perdonó.

Is het moeilijker te vergeven, of te vergeten?

¿Es más difícil perdonar u olvidar?

Denk je dat Tom me ooit zal vergeven?

¿Crees que Tom me perdonará alguna vez?

Deze keer, zei ze, zal ik hem niet vergeven.

Esta vez, dijo ella, no lo perdonaré.

Ik zal je dat vergeven, maar het niet vergeten.

Te lo perdonaré, pero no lo olvidaré.

Ik heb ervoor gebeden dat mijn vader me zou vergeven.

Recé para que mi padre me perdonara.

Hij goed werd beloond door de herstelde Bourbon-koning en nooit vergeven werd door Bonaparte-loyalisten.

fue bien recompensado por el restaurado rey borbón y nunca perdonado por los leales a Bonaparte.