Translation of "Huilde" in Polish

Hij huilde en huilde.

Płakał i płakał.

Mama huilde.

Mamusia płakała.

Ze huilde.

Ona płakała.

Hij huilde.

Płakał.

Tom huilde.

Tom płakał.

Jezus huilde.

Jezus zapłakał.

- Ze huilde bittere tranen.
- Zij huilde bitterlijk.

Gorzko płakała.

Hij huilde gewoon.

Tylko płakał.

Ik huilde bijna.

- Prawie się rozpłakałem.
- Byłem bliski płaczu.

Ze huilde bitter.

Płakała gorzko.

- De baby huilde de hele nacht.
- De baby huilde de hele nacht door.

Dziecko płakało całą noc.

Nog een minuut en de baby huilde.

Po kolejnej minucie dziecko zaczęło płakać.

- Waarom huilde je?
- Waarom heb je gehuild?

Dlaczego płakałeś?

- Waarom huilde u?
- Waarom heb je gehuild?
- Waarom heeft u gehuild?

Z jakiego powodu płakałeś?

- Ze heeft de hele nacht gehuild.
- Ze huilde de hele nacht.

Płakała całą noc.

Ze huilde van blijdschap toen ze hoorde dat haar zoon de vliegtuigcrash had overleefd.

Płakała z radości, kiedy usłyszała, że jej syn przeżył katastrofę samolotu.

- Tom weende de hele nacht lang.
- Tom huilde de hele nacht.
- Tom heeft de hele nacht gehuild.

Tom całą noc płakał.

- Ze heeft de hele nacht geweend.
- Ze heeft de hele nacht gehuild.
- Ze huilde de hele nacht.

Płakała całą noc.