Translation of "Kleed" in Italian

- Kleed je alsjeblieft aan.
- Kleed u alstublieft aan.

- Per piacere, spogliati.
- Per favore, spogliati.
- Per piacere, spogliatevi.
- Per favore, spogliatevi.
- Per piacere, si spogli.
- Per favore, si spogli.

Kleed je om.

- Cambiati i vestiti.
- Si cambi i vestiti.
- Cambiatevi i vestiti.

Wat een mooi kleed!

Bel vestito.

- Kleed je om.
- Omkleden.

- Cambiati.
- Si cambi.
- Cambiatevi.

Ik kleed me uit.

Mi spoglio.

Ze droeg een rood kleed.

- Indossava un vestito rosso.
- Lei indossava un vestito rosso.

- Waarom kleed je je uit?
- Waarom kleed u zich uit?
- Waarom kleden jullie je uit?

- Perché ti stai spogliando?
- Perché si sta spogliando?
- Perché vi state spogliando?

- Kleed je uit.
- Trek je kleren uit.

- Togliti i vestiti.
- Toglietevi i vestiti.
- Si tolga i vestiti.
- Spogliati.

- Kleed je uit!
- Trek je kleren uit.

- Togliti i vestiti!
- Si tolga i vestiti!
- Toglietevi i vestiti!

- Ik kleed me uit.
- Ik ben me aan het uitkleden.

- Mi sto spogliando.
- Io mi sto spogliando.

- Ze droeg een wit kleed.
- Ze droeg een witte jurk.

- Indossava un vestito bianco.
- Lei indossava un vestito bianco.

- Ik zou dit kleed willen passen.
- Ik zou deze jurk willen passen.

Mi piacerebbe provare questo abito.

- Maria droeg een lange zwarte jurk.
- Maria droeg een lang zwart kleed.

Mary indossava un lungo vestito nero.