Examples of using "Kör" in a sentence and their dutch translations:
Het mes is bot.
- Ben je blind?
- Bent u blind?
- Zijn jullie blind?
Hij werd blind.
Ik ben niet blind.
Tom werd blind.
Liefde maakt blind.
Tom is nu blind.
...die amper kan zien.
- Is je dochter blind?
- Is uw dochter blind?
Liefde maakt blind.
Tom is niet blind geboren.
Het arme meisje werd blind.
Ik weet dat Tom blind is.
Hij is verblind door de liefde.
Ze was blind, doof, en stom.
Door een verkeersongeval was hij aan één oog blind.
Zij kan zien... ...terwijl de guanaco vrijwel blind is.
Een ezel stoot zich in 't gemeen geen tweemaal aan dezelfde steen.
Een ezel stoot zich geen twee maal aan dezelfde steen.
Moeders hadden de gewoonte aan hun zonen te zeggen dat ze blind zouden worden als ze masturbeerden.
Zo zwak dat wij vrijwel blind zijn.
Men zegt dat liefde blind is.
Doordat haar ogen bedekt zijn met huid en vacht, is ze totaal blind.
Beter een blind paard dan een lege halster.