Examples of using "Kızın" in a sentence and their dutch translations:
Hoe gaat het met je dochter?
Jouw dochter is zeer mooi.
De ogen van dit meisje zijn blauw.
Hij praatte over haar ziekte.
- Is je dochter blind?
- Is uw dochter blind?
Het meisje heeft een muis.
Is dat jouw dochter daar?
Hoe gaat het met je dochter?
De ogen van dat meisje zijn blauw.
Laat het meisje gaan.
Ze is de moeder van drie dochters.
- Beide meisjes hebben blauwe ogen.
- Allebei de meisjes hebben blauwe ogen.
Jouw dochter is geen kind meer.
Jouw dochter is geen meisje meer.
Tom wist niet wie het meisje was.
Ik vraag me af wie dat meisje is.
Deze drie mooie meisjes zijn allemaal nichten van mij.
Dat knappe meisje heeft veel aanbidders.
De jongen streelde het meisje rond haar kin en kuste haar op haar wangen.
of die radicale, gevaarlijke hoop
Het blonde meisje heeft een heel mooi decolleté.
Het meisje evenals haar ouders waren heel sympathiek.
- Jouw dochter is geen kind meer.
- Jullie dochter is geen kind meer.
Weet jij, wie die lange groengeklede blondine is?
Het melkmeisje is allergisch voor koeien.