Examples of using "Banyo" in a sentence and their dutch translations:
- Ik zit in bad.
- Ik ben een bad aan het nemen.
- Ik ben aan het baden.
Waar is de badkamer?
Ik ga een bad nemen.
Het bad staat klaar.
De wc is aan het einde van de gang.
Is het bad klaar?
De badkamer is boven.
Neem een bad!
Is het bad schoon?
Heb je een bad genomen?
- Ik zit nu in bad.
- Ik ben nu een bad aan het nemen.
- Ik ben aan het baden.
Ik was een bad aan het nemen toen de telefoon ging.
Terwijl ik in bad zat, belde de telefoon.
Ik neem elke dag een bad.
Waar is de badkamer?
- Tom zit nu in bad.
- Tom neemt een bad.
Geef alsjeblieft de hond een bad.
- Neemt u badzout?
- Neem je badzout?
In de zomer baad ik elke ochtend.
Ik neem een maal per dag een bad.
- Hoeveel maal per week neemt ge een bad?
- Hoeveel keer per week neem je een bad?
Ik neem bijna elke dag een bad.
- Er is slechts een badhanddoek.
- Er is maar een badhanddoek.
- Papa zit in bad.
- Papa is aan het baden.
Tom heeft een week lang geen bad genomen.
Hoeveel maal per week neemt ge een bad?
...en de hitte langzaam op te bouwen als een bad...
We geven ze een badkamer en water.
De meeste Japanners nemen elke dag een bad.
Neem een bad en ga dan naar bed.
- Waar is het toilet?
- Waar is de wc?
- Waar is de badkamer?
Gelieve deze film te ontwikkelen en af te drukken.
Ga je maar wassen. Je stinkt vreselijk.
Het bad was niet warm genoeg, dus kon ik er niet van genieten.
Tijd voor een heet bad, en dan is het bedtijd.
Wat vindt je van deze foto's? Ik heb ze vandaag laten ontwikkelen.
maar marcheren kwam er niet bij te pas, en ik was zo teleurgesteld.
Ik ben uitgeput! Ik wil alleen naar huis gaan, een bad nemen en naar bed gaan.
Naast een woonkamer in het huis, waren er ook twee slaapkamers en, natuurlijk, een keuken en een badkamer.