Examples of using "Linda" in a sentence and their dutch translations:
Ben ik mooi?
Geen meisje in mijn klas is mooier dan Linda.
Vertel mij een mooi verhaal.
- Je hebt een mooie lach.
- Je hebt een mooie glimlach.
Linda houdt van chocolade.
- Het meisje is knap.
- Het meisje is mooi.
Linda stond op om te zingen.
Ryoko heeft een schattig klein gezicht.
Wie is dit mooie meisje?
Het is een goed gevoel. Oké.
Linda houdt van chocola.
Maria is een erg knappe meid.
Dit is een erg mooie bloem.
Dan hield niet eens van Linda.
Je bent een mooie vrouw.
Linda kwam laat in de nacht thuis.
Ze is lang en mooi.
- Het meisje dat in de bakkerij werkt, is knap.
- Het meisje dat in de bakkerij werkt, is lief.
Je bent nog mooier dan Tom zei.
Dan en Linda studeren al zes jaar Italiaans.
Het meisje dat in de bakkerij werkt, is knap.
De boerderij was wel mooi maar had veel te veel muggen.
Linda is de mooiste vrouw van de hele wereld.
- Zij is zeer mooi.
- Ze is erg knap.
Zij is zeer mooi.
Je bent heel mooi.
Vlinder is een heel mooi woord.
Je bent een mooie vrouw.
Het is prachtig om een bank in te gaan met een .45.
Peter en Eva zijn een mooi koppel.
Deze bloem is mooier dan die.
Tel Aviv is een mooie stad.
- Zij is zeer mooi.
- Ze is erg knap.
- Hij is heel mooi.
- Het is heel mooi.
- Het is prachtig.
We kunnen met redelijke zekerheid stellen dat een familie die van plan is naar Australië of elders te emigreren, het beeld in gedachten heeft van een mooi huis of een flat met misschien een stukje tuin.