Examples of using "Dieciocho" in a sentence and their dutch translations:
Ik ben achttien jaar oud.
Hij is achttien maanden oud.
- Ik ben 18 jaar.
- Ik ben achttien jaar oud.
Nu je achttien bent, mag je je rijbewijs halen.
Nu je achttien bent, mag je je rijbewijs halen.
We verkopen geen alcoholische dranken noch sigaretten aan personen onder de achttien jaar.
Tien, elf, twaalf, dertien, veertien, vijftien, zestien, zeventien, achttien, negentien, twintig.
Ik leerde autorijden en haalde een rijbewijs toen ik achttien was.
"Wist je dat de dochter van de buurman al getrouwd is?" "Je zegt niet! Ze is pas achttien!"
"Wist je dat de dochter van de buurman al getrouwd is?" "Je zegt niet! Ze is pas achttien!"
Tien, elf, twaalf, dertien, veertien, vijftien, zestien, zeventien, achttien, negentien, twintig.