Examples of using "умирал" in a sentence and their dutch translations:
Jij stierf.
Hij stierf.
Tom stierf.
De hond was stervende.
Ik stierf.
Tom stierf van de dorst.
Tom is niet gestorven.
Van hard werken is nog nooit iemand doodgegaan. Maar waarom het risico nemen?!
- Ik was bijna uitgehongerd.
- Ik verhongerde bijna.
Hij hield er niet van om hulp te vragen, zelfs als hij stierf van de honger.