Examples of using "скажешь»" in a sentence and their dutch translations:
Als jij het zegt.
Zal je me de waarheid vertellen?
- Zoals je wilt.
- Je zegt het maar.
- Wat jij wilt.
- Wat je wil.
Wat heb je hierover te zeggen?
Ga je het hem zeggen?
Er valt niets meer te zeggen.
Wat ga je haar vertellen?
Zal je me de waarheid vertellen?
O mijn kleine zusje, waarom zeg je niets tegen me?
Wil je een korte wandeling maken?
Als jij nou zegt: "Ik hou van jou," dan zeg ik dat ook tegen jou.
Als je me laat zien hoe het moet, dan doe ik het hoor.
Hoe zeg je dat in het Frans?
Als jij nou zegt: "Ik hou van jou," dan zeg ik dat ook tegen jou.
- Ik doe het wel als je me vertelt hoe het moet.
- Ik doe het wel als je me even vertelt hoe het moet.
Wat ben je van plan tegen Tom te zeggen?
Zult ge hem daarover spreken als hij thuiskomt?
Ik weet dat je nee gaat zeggen.
Ik zal het alleen doen wanneer je me de waarheid vertelt.