Examples of using "довольны" in a sentence and their dutch translations:
- Ben je blij?
- Zijn jullie gelukkig?
- Zijn jullie blij?
Zijn ze tevreden?
Is iedereen gelukkig?
- Wees tevreden!
- Wees blij!
We zijn tevreden.
We zijn zeer tevreden.
Iedereen is gelukkig.
Is iedereen gelukkig?
De kinderen zijn gelukkig.
Niet iedereen was gelukkig.
Het ziet ernaar uit dat ze tevreden zijn met het resultaat.
Waren ze niet tevreden?
- Ben je tevreden met je huidige salaris?
- Bent u tevreden met uw huidige salaris?
- Zijn jullie tevreden met jullie huidige salaris?
Ze waren tevreden.
Ben je nu tevreden?
Zijt ge tevreden met uw plaats in het bedrijf?
- Ben je blij?
- Ben je gelukkig?
- Zijn jullie gelukkig?
- Bent u gelukkig?
- Bent u blij?
- Zijn jullie blij?
- Je lijkt tevreden.
- U lijkt tevreden.
- Jullie lijken tevreden.
Ben je blij met je nieuwe auto?
Ben je tevreden met jouw lichaam?
Ben je tevreden met het resultaat?
Ik ben blij dat je tevreden bent met je baan.
- Ben je nu tevreden?
- Ben je nu blij?
- Bent u nu blij?
- Zijn jullie nu blij?
- Ben je nu gelukkig?