Examples of using "выжили" in a sentence and their dutch translations:
Beiden overleefden.
- We overleefden.
- We hebben het overleefd!
- We overleefden.
- We hebben het overleefd.
Iedereen heeft het overleefd.
Beiden overleefden.
Je hebt de nacht overleefd.
- Op een of andere manier hebben we het overleefd.
- Hoe dan ook hebben we het overleefd.
Slechts twee mensen overleefden de aardbeving.
Je hebt het overleefd.
Ben je nou helemaal bedonderd?