Examples of using "Lavata" in a sentence and their dutch translations:
- Het moet gewassen worden.
- Dat moet gewassen worden.
- Het moet worden gewassen.
Ik waste het.
Ik heb mijn haar niet gewassen.
- Heb je je handen gewassen?
- Heeft u uw handen gewassen?
- Heb jullie je handen gewassen?
- Ze poetste haar tanden.
- Ze heeft haar tanden gepoetst.
- Ik waste mijn handen met water en zeep.
- Ik heb mijn handen met water en zeep gewassen.