Examples of using "Appartamento" in a sentence and their dutch translations:
- Hij woont in een appartement.
- Hij woont in een woning.
Ik woon in een appartement.
- Hebben jullie al een flat gevonden?
- Hebben jullie al een appartement gevonden?
Ik woon in een appartement.
Ik woon in een klein appartement.
Heb je hun nieuwe appartement gezien?
Ik heb overal gezocht naar een klein appartement.
- Ik heb een appartement gevonden.
- Ik heb een flat gevonden.
Hij woont in een appartement.
- Mijn appartement is in de buurt.
- Mijn appartement is dichtbij.
Ik woon in een appartement in de stad.
Ik wil niet in een appartement wonen.
Heb je hun nieuwe appartement gezien?
Mijn woning is nabij.
Hij woont in een appartement.
Hij woont in een appartement.
- Hebben jullie al een flat gevonden?
- Hebben jullie al een appartement gevonden?
Ik heb een leuk appartement.
In ons huis was er een reuzegrote gang.
- Mijn woning is op de vierde verdieping.
- Mijn flat bevindt zich op de vierde verdieping.
Ik deel een woning met mijn broer.
Mijn appartement is hier niet ver vandaan.
Hij woont in een luxueus appartement dicht bij Central Park.
Ik stond daar op de drempel van mijn flat,
Maar in de stilte van mijn eigen huis, waar de lerares me niet kon zien,
verhuurde mijn flat, leende een auto
De jongen vond het leuk om eieren naar mensen te gooien vanuit het raam van zijn flat.
Mijn flat ligt op minder dan vijf minuten gaans van het station.
- Mijn kamer is op de vierde verdieping.
- Mijn woning is op de vierde verdieping.
- Mijn appartement is op de vierde verdieping.
Mijn huis is zoals het uwe.