Examples of using "Valakinek" in a sentence and their dutch translations:
Heeft iemand een zakdoek?
Heeft iemand een potlood?
Heeft iemand een potlood?
Heeft er iemand een oplader voor een iPhone?
Iemand moet voor de patiënt zorgen.
Hij denkt dat hij iemand is, maar eigenlijk is hij niemand.
Iemand in deze kamer heeft een goede deodorant nodig.
Als je iemand de hand geeft, kijk dan in zijn ogen.