Examples of using "Játékot" in a sentence and their dutch translations:
Ben je de wedstrijd aan het kijken?
Hij speelt een gevaarlijk spel.
Welk spel speel je?
Ze kocht een stuk speelgoed voor de jongen.
Ik hou van dit spel.
Laat het spel beginnen!
We verloren het spel.
Vertel me hoe ik het spel moet spelen.
Welk team heeft de wedstrijd gewonnen?
Welk team zal de wedstrijd winnen?
Ze kocht een stuk speelgoed voor de jongen.
Het spel werd wegens de regen uitgesteld.
De wedstrijd werd afgelast vanwege regen.
Ik heb er genoeg van spelletjes te spelen.
Het maakt niet uit welk team de wedstrijd wint.
Speelgoedverkoop piekt net voor Kerstmis.
Maar het leek of ze met de vissen speelde. Spelen zie je vaak bij sociale dieren.