Examples of using "éltem" in a sentence and their dutch translations:
Ik woonde in Boston.
Ik woonde in Teheran.
Ik woonde alleen.
Ik woonde in Mongolië.
Ik heb drie jaar in Australië gewoond.
Tenzing hield me hier.
Ik heb hier jaren gewoond.
Ik heb jaren in Boston gewoond.
Ik heb hier gewoond.
Ik woon hier al sinds ik klein was.
Ik woonde in Qatar.
Ik woonde in Rome.
Ik woonde drie jaar in Sasayama.
Ik leefde in armoede.
Ik woonde meer dan een maand in Nagoya.
Ik heb van 2008 tot 2011 in de VS gewoond.
Ik heb hier dertig jaar gewoond.
...ruim tien jaar zo eenzaam was geweest.
Ik woonde twee jaar geleden in Sasayama.
Vorig jaar woonde ik in New York.
In het beste geval heb ik op dat moment mijn halve leven er nog niet opzitten.