Examples of using "Willen" in a sentence and their dutch translations:
Lieve hemel.
- Zeker niet!
- Absoluut niet!
Maak Tom blij.
Kunst om de kunst.
Ze heeft een sterke wil.
In Gods naam!
Hebben de mensen een vrije wil?
Ik heb de wil om te leven verloren.
Ik heb lef en een sterke wil.
Tom heeft zichzelf opgeofferd voor zijn vriend.
Ze heeft een sterke wil.
Zijn toespraak kwam niet overeen met de wil van de partij.
Hij moest tegen zijn wil het contract ondertekenen.
Tom heeft Maria voor een andere vrouw verlaten.
Toms ouders bleven alleen samen ter wille van de kinderen.
Voor haar gezondheid verhuisde ze naar een warmer oord.
Een democraat is een vrije burger die de wil van de meerderheid aanvaardt.
Tom heeft zichzelf opgeofferd voor zijn vrienden.
Tom heeft Maria voor een andere vrouw verlaten.
Ik ben geen vogel, en geen net verstrikt me; ik ben een vrij mens met een onafhankelijke wil.
Ik doe dit niet voor het geld.