Examples of using "Wen" in a sentence and their dutch translations:
- Wat maakt het uit?
- Wie kan het wat schelen?
- Wie maalt erom?
- Wie geeft erom?
- Wie kan het wat schelen?
- Wie maalt erom?
- Wie verwacht je?
- Op wie wacht ge?
- Op wie wacht je?
- Voor wie werkt u?
- Voor wie werk je?
- Voor wie werken jullie?
Wie heb je gezien?
Wie heb je ontmoet?
- Voor wie werkt u?
- Voor wie werk je?
- Voor wie werken jullie?
- Voor wie werkt hij?
- Kan het iemand iets schelen?
- Doet het iemand wat?
- Maakt het iemand uit?
- Geeft iemand erom?
- Interesseert het iemand?
Wie vindt Toshio aardig?
Wie kan dat schelen?
Van wie houdt u?
Op wie wacht je?
Voor wie werk je?
- Wie zou dat kunnen schelen?
- Wie zou zich daar druk om maken?
Voor wie zijn deze bedoeld?
Wie heb je ontmoet?
Voor wie werken jullie?
Wie zal ik kiezen?
Wie heb je gezien?
Voor wie werkt u?
Over wie gaat het?
Wie bezoeken we vandaag?
Je mag iedereen uitnodigen die je wenst.
- Je mag meebrengen wie je maar wil.
- Je mag wie je maar wilt meenemen.
Je mag meebrengen wie je maar wil.
- Met wie ben je aan het lachen?
- Wie ben je aan het uitlachen?
Wie noem jij een ezel?
Wie probeer je te overtuigen?
Wie denk je dat ik ben?
- Je weet heel goed wie ik ben.
- U weet heel goed wie ik ben.
Wie denkt Tom wel niet wie hij is?
Je mag wie je maar wilt meenemen.
Je mag iedereen uitnodigen die je wenst.
Wie moet ik om toestemming vragen?
Ken je iemand in deze stad?
Voor wie heb je dat gekocht?
Hij weet niet aan wie hij het moet vragen.
Wie wil je nog uitnodigen voor het feest?
Wie anders ken je nog meer in Boston?
Raad eens wie ik vandaag zag.
Ik vraag mij af, wie ik zou uitnodigen.
Mag ik vragen over wie het gaat?
Voor wie steek jij een kaarsje op?
Je raadt nooit wie ik net ontmoet heb.
Wat? -Wie denk je dat je bent? De Mongoolse koning?
Met wie wil je praten?
Ik weet niet aan wie ik advies moet vragen.
Wie denkt u wel dat u voor u heeft?
Ik vraag me af voor wie deze vreemde wet bedoeld is.
"Wie de goden liefhebben, die sterft jong," werd in vroeger dagen gezegd.
Met wie ben je aan het lachen?
Wie denk je dat ik ben?
Ik vraag me af voor wie deze vreemde wet bedoeld is.
Ik zag je-weet-wel vandaag op de markt.
Het is niet belangrijk wat je weet, maar wie je kent.
Of ik een jongen of een meisje ben? Wie maakt dat wat uit?
Ik zag je-weet-wel vandaag op de markt.
We moeten te weten komen wie hij is en voor wie hij werkt.
Je mag uitnodigen wie je wilt.
Je mag uitnodigen wie je wilt.
Over wie heb je het?
Met wie wil je praten?