Examples of using "Ungewöhnlich" in a sentence and their dutch translations:
Dat is ongewoon.
- Dat is ongebruikelijk.
- Dat is ongewoon.
- Het is ongebruikelijk.
- Het is ongewoon.
's Nachts eten is extreem ongebruikelijk.
Dit warme weer is ongebruikelijk voor februari.
Het is ongebruikelijk om rocksterren met een stropdas te zien!
- Tegenwoordig is het niet ongewoon dat een vrouw alleen reist.
- Tegenwoordig is het niet vreemd dat een vrouw alleen reist.