Examples of using "Still“" in a sentence and their dutch translations:
Niet bewegen!
Zit stil.
- Sta stil!
- Blijf stilstaan!
- Wees stil.
- Stilte.
Niet bewegen!
Hou je mond!
Zit stil.
Jij, wees stil!
- Iedereen was stil.
- Ze waren allemaal stil.
- Zij waren allemaal stil.
- Ze waren allen stil.
- Zij waren allen stil.
Hij liep rustig.
Ze is stil.
Hij zweeg.
Ze werden sprakeloos.
Tom zweeg.
- Tom bleef stil.
- Tom zweeg.
Hé, zwijg!
Ze bleef stil.
- Hou je mond en luister.
- Wees stil en luister.
- Zwijg en luister.
- Stop!
- Halt!
- Blijf stilstaan!
Grote zielen lijden in stilte.
Mond dicht, dommerik!
Kunt u allemaal stil zijn?
- "Zwijg," fluisterde hij.
- "Stil!", fluisterde hij.
We hielden hen stil.
"Zwijg," fluisterde hij.
Ik beloof je dat ik stil ben.
Waarom is ze zo stil?
De kamer was stil.
Alles was stil in het huis.
Maak geen lawaai. Wees stil.
Lig stil.
Zwijg wanneer ik spreek.
Kan je even stil zijn?
Kop dicht! Je praat te veel.
Ik vroeg Tom stil te zijn.
- Tom is stil.
- Tom is rustig.
Waarom is het plotseling zo stil?
Hou je mond en kus me!
- Hou je mond en luister.
- Zwijg en luister!
- Hou je mond en luister!
Stop met praten en luister.
Rudy pauzeerde even en zei toen:
Waarom was je de hele tijd stil?
Ze hield zich stil en probeerde zich te verstoppen.
- Stop met praten.
- Stop met kletsen.
- Kop dicht!
Mond dicht, dommerik!
Toen hij uitgesproken was, werd het stil.
Toen hij ophield met praten, was iedereen stil.
- Houd je mond.
- Hou je mond!
- Ze zijn stil.
- Zij zijn stil.
De kamer was stil.
- Hou je mond en luister.
- Zwijg en luister!
- Zwijgen en luisteren!
- Hou je mond en luister!
We waren zo opgewonden dat we niet stil konden zitten.
Zwijg en luister, jongen!
Hou je mond en luister.
Tom en Mary glipten stilletjes de kamer uit.
Als ik alleen thuis ben, is het te stil in huis.
Ik wilde me niet bewegen, dus ik hield een steen vast.
Kunnen jullie alsjeblief je mond houden?
- Hou je wafel, idioot!
- Hou je waffel dicht, idioot!
Jullie moeten heel stil zijn en op jullie tenen lopen. Het baby'tje slaapt.
Het was zo stil dat je een speld kon horen vallen.
Hou je mond, je leidt me af.
Zwijg en luister, jongen!
- Zwijgen en luisteren!
- Hou je mond en luister!