Translation of "Sorge" in Dutch

Keine Sorge.

Geen probleem.

Sei ohne Sorge!

- Maak je geen zorgen!
- Maak je niet druk!

- Sorge dafür, dass niemand hereinkommt.
- Sorge dafür, dass niemand hineingeht.

Waak erover dat niemand binnengaat.

Das ist meine Sorge.

Dus dit is waar ik me zorgen om maak.

Sorge dafür, dass niemand hineingeht.

Waak erover dat niemand binnengaat.

Ich sorge für deine Sicherheit.

- Ik ben bezorgd over je veiligheid.
- Ik ben bezorgd over uw veiligheid.
- Ik pas op je veiligheid.
- Ik pas op uw veiligheid.
- Ik waak over je veiligheid.
- Ik waak over uw veiligheid.

Ich sorge mich um mein Gewicht.

Ik maak me zorgen over mijn gewicht.

Ich sorge mich um ihre Sicherheit.

Ik ben bezorgd om haar veiligheid.

Keine Sorge! Sie versteht kein Deutsch.

Maak je geen zorgen. Ze verstaat geen Duits.

Sein Verhalten ist meine größte Sorge.

Zijn gedrag is mijn belangrijkste zorg.

Keine Sorge! Du schaffst das schon!

Maak u geen zorgen. Ge zult slagen.

Ich sorge mich um deinen Erfolg.

Ik maak me zorgen over je succes.

Keine Sorge! Meine Lippen sind versiegelt.

Maak je geen zorgen! Mijn lippen zijn verzegeld.

Keine Sorge. Tsunamis sind sehr selten.

- Maakt u zich geen zorgen. Tsunami's zijn erg zeldzaam.
- Maak je zich geen zorgen. Tsunami's zijn erg zeldzaam.

Das muss wohl seine größte Sorge sein.

Dat moet zijn grootste zorg zijn.

Keine Sorge! Hier passiert sowieso nie etwas.

- Maak je geen zorgen! Hier gebeurt nooit iets dergelijks.
- Maak je niet druk! Hier gebeurt nooit iets dergelijks.

- Mach dir keine Sorgen.
- Keine Sorge.
- Sei unbesorgt!

- Maak je geen zorgen.
- Maak je maar geen zorgen.

Das, meine Liebe, ist ehrlich gesagt, meine geringste Sorge.

Dat, mijn liefste, is eerlijk gezegd het minste van mijn zorgen.

Als Mutter sorge ich mich um die Zukunft meines Kindes.

Ik ben een moeder, dus geef ik om de toekomst van mijn kind.

- Mach dir keine Sorgen.
- Keine Sorge.
- Mach dir nichts draus.

- Maak je geen zorgen.
- Maak u niet ongerust.

- Ich versorge meine Familie.
- Ich sorge für den Unterhalt meiner Familie.

Ik onderhoud mijn familie.

"Keine Sorge", versuchte Dima die Frau zu beruhigen. "Es ist nicht meines."

"Maakt u zich geen zorgen," probeerde Dima de vrouw gerust te stellen. "Het is niet van mij."

- Es gibt keinen Grund, sich zu sorgen.
- Es gibt keinen Grund zur Sorge.

- Er is niets om zich zorgen over te maken.
- Er is geen reden tot bezorgdheid.

- Sorge dich nicht um meinen Hund.
- Mache dir keine Sorgen um meinen Hund.

Maak je geen zorgen om mijn hond.

- Sorge dich nicht um deine Familie.
- Mach dir um deine Familie keine Sorgen.

Maak je geen zorgen om je familie.

Keine Sorge, das nächste Mal schaffen wir es. Wir haben eine wichtige Lektion gelernt.

Geen zorgen, de volgende keer doen we het goed. We hebben ons lesje geleerd.

- Sorge dafür, dass das nie mehr vorkommt.
- Sorgen Sie dafür, dass das nie mehr vorkommt.

Zorg ervoor dat dit nooit meer gebeurt.

- Mach dir keine Sorgen um mich.
- Sorg dich nicht um mich.
- Sorge dich nicht um mich!

- Maak je geen zorgen over mij.
- Maak je geen zorgen om mij.

- Keine Sorge.
- Machen Sie sich darüber keine Sorgen.
- Mach dir keine Sorgen!
- Machen Sie sich keine Sorgen!
- Mach dir darüber keine Gedanken!

Maak je er geen zorgen over!

- Mach dir keine Sorgen.
- Keine Sorge.
- Mach dir nichts draus.
- Mache dir keine Sorgen!
- Mach dir keine Gedanken.
- Machen Sie sich keine Gedanken.

- Maak je geen zorgen.
- Maak u niet ongerust.

- Sorgen Sie sich nicht um meinen Hund.
- Sorge dich nicht um meinen Hund.
- Mache dir keine Sorgen um meinen Hund.
- Mach dir um meinen Hund keine Sorgen.

Maak je geen zorgen om mijn hond.